top of page

Nieuws

Open brief: geef energiedelen een échte kans

Bijgewerkt op: 1 jun. 2023

Het is recent door veel experts gezegd en geschreven: van alle energiebronnen is elektriciteit vandaag het zwaarst belast. Liefst 68% van de elektriciteitsfactuur bestaat uit taksen, heffingen en netwerkkosten.


Energie-expert Ruben Baetens (3E) maakte de vergelijking: een gezin betaalt vandaag € 100 aan Vlaamse en Federale heffingen bij de aankoop van 1 MWh elektriciteit. Met die € 100 kan een gezin 1,9 MWh aardgas of 2,1 MWh stookolie kopen. Elektriciteit is de energiebron bij uitstek die we klimaatvriendelijk kunnen opwekken, maar de heffingen zijn tweemaal hoger dan die van de brandstoffen die we willen uitfaseren. België belast vandaag de energietransitie kapot, Vlaanderen op kop.


Vele oplossingen zijn besproken, éen is onvoldoende belicht: energiedelen. Het Vlaamse parlement buigt zich over het decreet met betrekking tot energiedelen. Eindelijk. De Vlaamse regering zet daarmee Europese regelgeving om in regionale wetgeving. De EU wil de energiemarkt vrijmaken en de burger een centrale rol geven.


Energiedelen, of de burger naast energieconsument ook energieproducent maken, opent een enorme hoeveelheid onbenutte dakoppervlakte om hernieuwbare energie te produceren. Scholen zullen hun groene stroom tijdens de zomervakantie kunnen verkopen aan omwonenden. Jeugdbewegingen kunnen hun zonnepanelen plaatsen en hernieuwbare energie leveren aan buurtbewoners. Particulieren kunnen de groene stroom die ze overdag opwekken, maar niet verbruiken, verkopen aan de lokale KMO. Landbouwers kunnen de volledige dakoppervlakte van hun loods benutten om omwonenden van groene stroom te voorzien.


Het klinkt als een ongelooflijke kans. In de eerste plaats voor het klimaat, maar ook voor elke dak eigenaar én consument, want lokaal geproduceerde stroom is de goedkoopste stroom. Eigenaars van zonnepanelen zien hun factuur dalen, ook met een digitale meter. Echter, met het voorstel dat nu op tafel ligt zal het niet gaan. Reden: terwijl geen elektron over het openbare net gaat, moeten dezelfde taksen, heffingen en netwerkkosten betaald worden. Stroom van een dak van een appartementsgebouw (collectieve zonnestroominstallatie en een vorm van energiedelen), en meteen verbruikt onder hetzelfde dak, zal dezelfde heffingen én netwerkkosten vergoeden als elektriciteit die uit Doel of van op zee komt.


Van een gemiddelde prijs voor elektriciteit van € 300 per MWh gaat bij energiedelen nog altijd € 23 naar Elia voor het (niet) gebruiken van het hoogspanningsnet. € 87 gaat naar Fluvius. De helft van dit bedrag is voor het distributienet dat met energiedelen nauwelijks gebruikt wordt. De andere helft gaat naar openbare dienstverplichtingen, een verdoken belasting. Tot slot ontvangt de staat via de btw € 81 aan belastingen, verrekend op alle eerder vermelde kosten. Ongeveer € 100 blijft over om via energiedelen een gemeenschappelijke installatie te financieren. Dat maakt het financieel rendement van een collectieve installatie op een appartementsgebouw klein tot onbestaand. Het gevolg is dat niemand erover nadenkt om zonnepanelen op daken van appartementsgebouwen te leggen.


Kan voor de kost van de openbare dienstverlening geen vermindering of vrijstelling komen bij energiedelen? Die verdoken belastingen weren we best uit de stroomfactuur. Het zijn vooral particulieren en KMO’s die deze dienstverplichtingen betalen, niet de grote verbruikers. Men kan deze vervangen door een CO2-taks en zo een budget neutrale belastinghervorming bekomen.


Vooral voor de 218.000 appartementsgebouwen in België[LM1] is dit jammer. Het mogelijke eigenverbruik van een zonnestroominstallatie binnen zo’n appartement is immers relatief hoger dan in een aparte woning. Een hoog eigenverbruik vormt een lage belasting van het distributienet. De stroom wordt lokaal opgewekt en verbruikt, er is geen transport buiten het gebouw . Als we voldoende panelen plaatsen op daken van appartementsgebouwen zou het gebruik van het net minstens met 1% dalen. Dit is vergelijkbaar met een andere energiezuinige ingreep in het appartementsgebouw. We betalen de netbeheerder toch ook niet wanneer we onze gloeilampen vervangen door LED-lampen? Je kunt je dus afvragen waarom gebruikers van een collectieve zonnestroominstallatie alle netkosten moeten blijven betalen. Europa schrijft net voor dat de lidstaten een regeling moeten uitwerken die gebruikers van gedeelde energie een vergoeding toekent voor het ontlasten van het elektriciteitsnet. In Oostenrijk en Portugal hoeven collectieve zonnestroominstallaties niet te betalen voor de transmissienetvergoedingen, en Italië voorziet een gedeeltelijke terugbetaling van de netgerelateerde kosten.


Door het onaantrekkelijk maken van collectieve zonnestroominstallaties missen we een opportuniteit aan hernieuwbare energieproductie. Appartementsdaken bieden plaats voor 1GWP aan zonnepanelen, goed voor een jaarlijkse opbrengst van 1TWh. Dit is een conservatieve schatting. Het totaal vermogen van zonnepaneleninstallaties in Vlaanderen zou stijgen met 25%, vergelijkbaar met ⅓ van de jaarlijkse stroomproductie van Doel 1. Bewoners van appartementsgebouwen zien zonder tariefwijziging miljoenen euro aan hun neus voorbijgaan.


De maatschappelijke kost van een aanmodderend energiebeleid dat geen beslissingen neemt is groot. De winst voor een energie delende maatschappij zou daarentegen zeer groot zijn. We boeken sociale winst. Bewoners van appartementsgebouwen zijn gemiddeld minder kapitaalkrachtig, ze zouden kunnen genieten van de energietransitie door een lagere stroomfactuur.


Ze hoeven niet eens zelf te investeren. Burgercoöperaties staan klaar om op deze markt actief te zijn, en om hun sociale rol te vervullen. We boeken winst voor de lokale economie. Plaatselijke installateurs kunnen aan de slag. Burgers die mee investeren krijgen een hoger rendement dan op hun spaargeld, Een energiecoöperatie als Ecopower betaalde afgelopen jaar 4% dividend aan haar 60.000 aandeelhouders. We verlagen onze afhankelijkheid van grote, vaak buitenlandse, energiebedrijven.


Inwoners en bedrijven van Leuven betalen jaarlijks 250 miljoen aan energiekosten. Een deel van dat bedrag kan in de lokale samenleving blijven. Een doordacht beleid van energiedelen biedt nieuwe kansen voor integratie van duurzame technologieën als warmtepompen en elektrische mobiliteit. Door decentrale productie die we lokaal verbruiken vermijden we zware investeringen in het elektriciteitsnet. We zetten een grote stap vooruit in het bereiken van onze klimaatdoelstellingen, en dit allemaal nagenoeg zonder enige vorm van subsidiëring.


Als er geen stimulans komt voor lokaal energiedelen, krijgen we opnieuw situaties zoals bij het nieuwbouwproject De Nieuwe Dokken in Gent. Het project wordt geroemd voor zijn ecologisch concept. Er is een warmtenet en er zijn elektrische deelwagens, maar men slaagt er niet in om de opbrengst van de zonnepanelen (80 kWp) te delen met de appartementen. De zonnepanelen die er liggen dienen alleen voor de gemeenschappelijke delen en publieke laadpalen. In de kelder staat een grote batterij om het eigenverbruik te verhogen. Terwijl de batterij overtollige elektriciteit opslaat, halen honderden appartementen, in hetzelfde gebouw waar de zonnepanelen op het dak liggen, elektriciteit uit het net. Dit kan toch efficiënter?


In onze strijd tegen klimaatverandering moeten we alle zeilen bijzetten om naar een drastische verlaging van de CO2 uitstoot te gaan. Dat kan door massale elektrificatie van industrie, vervoer en verwarming. We zullen heel veel groene stroom nodig hebben. Energiecoöperaties werken daar vandaag al heel hard aan, met veel gedrevenheid en inzet.


Daarom, vanuit ECoOB en bij uitbreiding alle energiecoöperaties en REScoop Vlaanderen, een oproep aan onze beleidsmakers: wees inventief, wees vooruitstrevend, toon ambitie! Garandeer een betaalbare elektriciteitsfactuur door lokale energieproductie en energiedelen een échte kans te geven.




1.256 weergaven
bottom of page